30.04.2018

gezin: hoeksteen of molensteen?

Het gezin: hoeksteen of molensteen?

Sinds de jaren 50 a 60 van de vorige eeuw zijn er heel veel cruciale dingen veranderd in hoe wij onszelf in deze maatschappij hebben georganiseerd. Van grote gezinnen en gemeenschappen binnen de verzuiling, zijn we naar kleine gezinnen als alleenstaande eilandjes gegaan.  En deze eilandjes kalven alleen nog maar verder af naar heel veel éénoudergezinnen en nog heel weinig “gemeenschapszin”.

Eén van de “bijwerkingen” van deze ontwikkeling is dat vaak één persoon, soms twee, de verantwoording draagt over meerdere mensen. Kwa gezondheid en belangrijke levenskeuzes. Voorheen waren er dus naast beide ouders ook nog betrokken grootouders, buren, tantes, kerkgemeenschap enz.

Als dus de ouders op sommige vlakken wat steken lieten vallen, en uiteraard doen alle ouders dat, niemand is perfect, dan waren er meestal wel andere volwassenen waar kinderen op konden terugvallen.  Nu is het zo dat als een kind emotioneel-psychische steun mist, er vaak niemand durft in te grijpen, of zelfs niemand het in de gaten heeft. Ja, als het zo ernstig wordt dat er echt sprake is van fysieke mishandeling of verwaarlozing, maar dan nog bellen we liever een instantie. “Bemoei je vooral niet met andermans kinderen en opvoeding” is de heersende gedachte. Ja, een mening hebben we vooral wel, maar echt inspringen, helpen, steun bieden?

Als kind ben je volledig afhankelijk van de volwassenen om je heen, fysiek en ook emotioneel. Daardoor is er sprake een volledige afhankelijkheidsrelatie en is het voor het kind belangrijk om die relatie goed te houden, om aandacht te krijgen, “leven-en-dood-belangrijk”, en steun te voelen. Als die steun/aandacht en zorg er niet is, dan zal het kind dus in de overlevingsstand schieten. Als er een andere volwassene in de buurt is,  die in dat gat schiet dat ouders laten vallen, dan kan dat heel veel trauma voorkomen. Nu dat niet meer gebeurt, is het voor kinderen pure noodzaak allerlei emotioneel-psychische “trucs” uit te halen om te overleven. Zoals bijvoorbeeld “pleasen en perfect”-zijn, of “onzichtbaar” worden, “negatieve aandacht” vragen, “fysieke klachten” ontwikkelen enz enz enz. Het overlevingsbrein is ongelooflijk creatief als het aankomt op emotioneel overleven.

Ingewikkeld wordt dit vooral als we volwassen worden, want ons overlevingsbrein blijft in deze “stand” doorfunctioneren. Het heeft nu eenmaal geleerd dat dit de manier is om “je niet te branden”.  En dat werkte inderdaad in die afhankelijkheidssituatie, zonder reddingsboeien van buiten. Maar nu, als volwassene die op eigen benen moet staan, wordt dat een molensteen om de nek.

We blijven zoeken naar oplossingen voor die pijn van dat gemis in onze jeugd. “Oplossingen” die echter dus alleen zinvol waren binnen die situatie in onze jeugd. We zoeken afleiding en troost in vele verslavingen, niet alleen de bekende alcohol, drugs, roken en gokken. Maar ook werkverslaving, succesverslaving, aandachtsverslaving, eetverslaving, “succes van mijn kinderen-verslaving”,  sex-verslaving, “zorgen-voor-anderen”-verslaving, enz enz enz. Allerlei creatieve technieken die functioneren als boost van buiten voor ons zelfvertrouwen of als doekje voor het bloeden. En zodra deze “middelen” wegvallen, volgt het diepe gat van pijn. En gaan we in paniek op zoek naar herstel van dat doekje, die afleiding.

Je realiseren dat je de pijn nu voelt, maar dat de pijn te maken heeft met een situatie die allang voorbij is, kan dan helpen. Je zal de pijn wel nog een tijd moeten dragen, maar het is oude pijn, de pijn van het kleine kind dat er zo alleen in stond, maar het alleen niet kon dragen. En er niets van snapte, niets van kon snappen, want niemand legde het uit. Een uitermate verwarrende wereld dus. Een gevoelig kind gaat dan ook nog eens de gevoelige antennes extreem ontwikkelen, in een poging er iets van te snappen. De anderen te snappen, op zoek naar veiligheid. En deze verwarring is dus verbonden aan overlevingsangst, dat maakt het zo heftig.

Je kan daar hulp bij zoeken, in de vorm van therapie, waarbij er echt heel veel verschillende methodes zijn. Dat is mooi, want dan kan je zelf kijken welke methode jou aanspreekt. Ik houd wel erg van minstens een combinatie met zelfhulp-tools, zoals EFT bijvoorbeeld. En je kan ook ondersteunen in de vorm van middelen uit de homeopathie en bach-remedies. Daarnaast is het niet onverstandig om wat te doen met supplementen, omdat het langdurig leven in de overlevingsstand, nogal wat disbalans veroorzaakt in je hormoon-vitamine- en mineralen huishouding.  Wat het alweer veel moeilijker maakt om je rust te vinden. En wat ook kan zorgen dat je veel onbegrepen fysieke klachten hebt.
 

Wil je echt vrij worden van deze oude mechanieken, dit oude patroon,  dat je gevangen houdt in afwisselend trauma en tijdelijke doekjes voor het bloeden, is het  meestal noodzakelijk al deze dingen tegelijk te gebruiken. Maar wel vanuit heel veel compassie en een milde blik naar jezelf,  de strenge zweep over je eigen rug is weer zo’n mechaniek vanuit oude patronen. Weten waar je heen wil, snappen wat er speelt, accepteren dat dit tijd nodig heeft, vertrouwen dat het kan, en steeds weer koers houden. Niet bang zijn hulp te vragen, koers mogen wijzigen of herstellen, en vooral je eigen pad te volgen.  Vaak moet er dan ook veel veranderen in het leven dat je leidt, bepaalde vriendschappen blijken niet gezond voor je, wellicht is je werkplek dat ook niet, moet je echt andere keuzes gaan maken. Maar dat wordt als je dit pad kiest vanzelf heel duidelijk, en dan zijn de keuzes vanzelfsprekend. Niet makkelijk, wel vanzelfsprekend.

Je bent pas vrij als je je hebt kunnen bevrijden van deze patronen die maken dat je dingen doet die je eigenlijk niet wil, blijft zitten op plekken waar je niet wil zijn, met mensen die niet goed voor je zijn, en je niet van langdurige gezondheidsproblemen af kan komen.

Admin - 11:26:34 @ algemeen | 165 opmerkingen